2016

21.08—09.10 Alejandra Hernández Domestic Wildlife

Alejandra Hernández te gast bij Galerie Mieke van Schaijk onder de noemer ‘Domestic Wildlife. 

‘Life is great!’, staat er te lezen op een tekening boven een dame in swimsuit die met frisse blik voor zich uitkijkt terwijl ze aangenaam aan het verpozen is. Of die uitspraak werkelijk een waarheid is, durf ik al weleens te betwijfelen, maar het volgende half uur trek ik dat alvast niet in twijfel. Ik val er ‘op den bots’ binnen daags voor de opening, daar de galerie gelegen is vlak naast het museum. Eerst baan je je een weg door een stijlvolle store om dan via een draaitrap in Hernandez-land te komen. Het eerste wat me opvalt is kleur! Exotisme! Speelsheid! Zelfs een vleug puber(wel)zijn! Eindelijk schilderkunst waar je op het eerste zicht vrolijk van wordt! En voor mij bleef dat na verschillende kijkrondjes idem. Al kan je er dan al in de collageachtige manier van werken versus de vreemde perspectieven een vleug Matisse en Rousseau in ontwaren. En ja, soms is er zelfs een letterlijke knipoog naar het Belgisch surrealisme. Deze Colombiaanse jongedame is dan ook gebeiteld in het Gentse Kask en Hisk.

Pittige dames omringt door een heel hebben en zijn spelen hier duidelijk de hoofdrol op de grote doeken. En kan het toeval zijn dat die dames toch wel graag dieren in hun gezelschap hebben? Realiteit versus fantasie slaan hier duidelijk de handen in elkaar. Later lees ik dat de dieren in Hernandez’ doeken de doeken anders doen lezen en een hint zijn naar het mythische. Het is een spel van zien en niet zien en het geziene versus het verborgene.

Van galeriste Mieke van Schaijk hoor ik dat voor de opzet van de doeken, de kunstenaar (jonge) dames uitnodigde en vroeg zich voor de ‘schildersdag’ ‘bewust’ te kleden en attributen uit hun leefwereld mee te brengen. De doeken werden dan verder in sessies afgewerkt. Eindelijk nog eens 21e -eeuwse schilder die met zijn spreekwoordelijke schildersezel op het veld gaat staan! (en ondertussen het geziene op eigenzinnige wijze weergeeft) De doeken gaan kortom over hoe zij zich verhoudt tot andere relaties, de dingen buiten haar. Vroeger werkte Hernandez meer ‘in haar hoofd’, vandaar dat ze misschien graag een menselijk wezen voor haar ziet met écht menselijke objecten rondom.

Zijn de dames wulps, flulps of uitdagend? Niet echt. Zijn het confronterende werken? Lijken ze een donkere ondertoon te hebben? (wat meestal de bedoeling is van kunstenaars die gekte graag in het rond laten vliegen) Mijns inziens niet, al kan ik in de ‘geschriften’ wel lezen dat er toch sprake is van een ‘ondertoon’: verstoring, ambiguïteit, dubbele lagen… Zijn het psychologische portretten? Voor mij alvast niet.

De vrouw staat centraal, maar toch ook niet. Ik voel geen confrontatie (met mezelf).

Naast haar ‘volle’ schilderijen zien we twee lineaire houtskooltekeningen van telkens een koppel. Misschien slaan deze té veel een brug naar haar voorhangers in het modernisme. Ook een graffiti-achtig doek hangende over de trapleuning, spreekt me minder aan.

Na wat naleeswerk, kom ik te weten dat het vertrekpunt – zoals zovele kunstenaars – een resumé is van de dingen waarvan ze houdt en een uitkomst is van alle beelden die je elke dag moet slikken. Alleen al in de everydaylife zijn die niet te tellen. Hernandez wil ons doen verwonderen, verder laten kijken dan onze neus lang is en er ons eigen verhaal van laten maken, naar ieders’ leven en achtergrond. Ons iets in de neus duwen wil ze niet.

Maar op zich gaat het voor mij gewoon over kijken en genieten. Dat vergeten we al weleens in de (high brow) van de kunst. De grote doeken hangen er in al hun eigenzinnigheid en welsprekendheid en zijn een omweg naar Den Bosch zeker en vast waard!